Volkstuinvereniging Nuenen
De bloemetjes buiten zetten!
© 2025 Volkstuinvereniging Nuenen
Historie
Het is jaren geleden in Nuenen een politieke en een landschappelijke zaak geweest, die
het gemeentebestuur deed besluiten om zelf volkstuinen te gaan aanleggen en verhuren.
Voornamelijk om ongewenste groei van particuliere initiatieven in het landelijke
buitengebied, resp. in de natuurgebieden van Nuenen af te remmen of zelfs te doen
stoppen. Een alternatief moest dan aan de toenmalige tuinders en nieuwe
belangstellenden geboden kunnen worden. Dit werd gevonden op een strook grond, juist
gelegen ten oosten van de huidige Putterlaan. Dat kon echter maar een tijdelijke zaak
zijn, aangezien deze grond door de Gemeente Nuenen aangekocht en gereserveerd was
voor het tracé van de huidige Smits van Oyenlaan.
In die tijd ook (ca 1975) groeide Nuenen geweldig en daarmee de vraag naar meer
volkstuinen. Nadat eerst in het voorjaar van 1977 dit complex nog uitgebreid werd,
besloot men, tevens omdat de aanleg van de weg vorderde, naar andere locaties te
verhuizen. Meer definitieve, want men zag wel in dat het "volkstuinieren" niet zomaar een
rage was. Een opzet werd gemaakt voor een vijftal complexen verspreid over Nuenen. Te
weten: Papenvoort, De Akkers, Oude Landen, Wettenseind, Berkenbos. Omdat de overige
terreinen uiteindelijk voldoende groot bleken en de grondkwaliteit achteraf te slecht, is
de “Oude Landen” nooit ingericht.
In het voorjaar van 1978 vertrok iedereen naar zijn nieuwe tuin. Twee jaar later heeft
men echter “De Akkers” maar weer opgeheven omdat de grondwaterstand steeds dermate
hoog was, dat eigenlijk alleen rijstteelt succes kon hebben. Bovendien was hier op vrij
korte termijn inmiddels huizenbouw gepland. Als compensatie werd het complex
Papenvoort, dat eerst 95 tuinen telde, met 42 stuks uitgebreid.
Door de gestage aanwas van het aantal inwoners van Nuenen, en daarmee ook het aantal
tuinders, groeide ook steeds meer het administratieve werk hiervoor. De gemeente kwam
bovendien tot de slotsom dat het beheren van volkstuinen eigenlijk geen overheidstaak
was én er moest bezuinigd worden op het aantal ambtenaren. Daarom werd besloten de
werkzaamheden voor de volkstuinen te beëindigen en dit over te dragen aan een daartoe
op te richten vereniging.
Na enkele voorbereidende bijeenkomsten en besprekingen, eigenlijk tegen de zin in van
de volkstuinders (de gemeente regelde het tot dan toe allemaal zo goed, laat het maar zo
blijven) is toch op 17 mei 1982 de oprichtingsvergadering gehouden, omdat de Gemeente
er hoe dan ook van af wilde. De vereniging startte met een 10-jarig huurcontract voor de
complexen, wat voor de tuinders toch meer zekerheid op continuïteit betekende, want de
gemeente verlengde de individuele overeenkomsten steeds maar met hooguit één jaar. De
drie uiteindelijk overgebleven complexen lagen voor de vereniging (en natuurlijk de
tuinders) planologisch vrij gunstig over de Gemeente verdeeld. De grond was, voor zover
men op dat moment kon zien, tot op langere termijn niet voor uitbreiding van de
bebouwing nodig.
Tijdens de loop van het 10-jarige contract hebben er nog wat wijzigingen plaats gevonden
m.b.t. de relatie van het gemeentebestuur met verenigingsgebeuren in Nuenen, en
speciaal in dit verband met de algemene subsidie-regeling.
Op 1-3-1988 resulteerde dit in het 'in goed overleg' beëindigen van het huurcontract en
het samen aangaan van een andersoortige gebruiksovereenkomst maar nu o.a. vastgesteld
voor onbepaalde duur. Bovendien werd door het gemeentebestuur de intentie verwoord
om de complexen te zijner tijd in de bestemmingsplannen op te nemen. Dat is inmiddels
gebeurd voor het complex Papenvoort. Wettenseind zou echter in eerste instantie naar
een andere locatie verhuizen, omdat (mede) op de huidige plaats het bouwplan Nuenen-
West gestalte moest krijgen. Inmiddels is in 2024 de locatie Wettenseind opgeheven. Er is
geen vervangend complex gerealiseerd.
De ter beschikking gestelde grond was bij de oprichting van de vereniging in 1982
eigenlijk niet meer dan een weiland met hier en daar wat getrokken lijnen en in de grond
geslagen paaltjes. Uiteindelijk is een aantrekkelijk complex ontstaan. Met toch steeds een
vergelijkenderwijs erg lage contributie is er telkens gespaard en geïnvesteerd in
padenverharding, poort- en hekwerken, bergruimten, maaigereedschappen en zelfs
wateraansluitingen. Na ruim 30 jaar noeste arbeid, zelfwerkzaamheid en gezamenlijke
inzet voor het onderhoud resulteren er nu een tuincomplex waar het fijn tuinieren is en
dat best gezien mag worden.
Lees minder.